Wednesday 11 June 2008

Born Ruffians gaan kleurrijke toekomst tegemoet

Gezien: Born Ruffians, Paradiso, 10-6-2008

Sinds vorig jaar lijkt de bron voor vernieuwende indie een geografische verschuiving gemaakt te hebben van de Britse eilanden naar Noord-Amerika. Of bestond deze bron niet altijd al en werd zij deze eeuw tot nu toe overschaduwd door het geweld van post-Libertines hypes? Één ding is in ieder geval zeker Born Ruffians zijn onderdeel van een vreselijk getalenteerde lichting Noord-Amerikaanse bands. Naast talent typeert deze lichting zich door het grensverleggende karakter van de muziek.

Born Ruffians werd geboren nadat frontman Luke LaLonde, bassist Mitch DeRossier en drummer Steven Hamelin elkaar op de middelbare school tegen het lijf liepen. Met de in 2006 verschenen EP geven ze de wereld een eerste voorproefje van hun kunnen. De zes nummers tellende EP weet een enorme hoeveelheid energie op te wekken en dwingt daardoor de luisteraar alle kanten van de kamer op te springen. Sinds 2006 heeft de band zich steeds verder ontwikkeld met als kers op de taart de recent verschenen LP Red, Yellow & Blue. De vrolijke klinkende nummers die getypeerd en gedragen worden door de karakteristieke stem en teksten van LaLonde zorgen ervoor dat het album ongetwijfeld hoog in de eindejaarlijstjes terug te vinden zal zijn.

Vanavond spelen de Canadezen voor het eerst in Amsterdam in de bovenzaal van Paradiso, het podium bij uitstek voor opkomende bands. De herrie van het "intieme" concert van bad boy rockers Kane galmt nog door de poptempel als de drie jonge heren het podium betreden. Het kleine aantal mensen in de zaal is zich ervan bewust dat zij vanavond wel eens een optreden kunnen gaan zien van een band die binnenkort grote vormen aan kan nemen. Terwijl de gitaren gestemd worden klinken de openingsklanken van titeltrack Red, Yellow & Blue door de zaal "If I started my own country / For the flag, what colours would I use? / Such a myriad to choose from / I would pick red, yellow & blue". Het is niet verwonderlijk dat LaLonde drie primaire kleuren uitkiest, in wezen staan ze synoniem voor Born Ruffians. Ondanks de basiselementen; gitaar, bas en drum, weet de band deze dusdanig te mengen dat er een nieuwe vurige, scherpe en bovenal aanstekelijke kleur ontstaat.

De harmoniserende stem van LaLonde doet denken aan die van Alec Ounsworth (Clap Your Hands Say Yeah) en schiet vanuit zijn tenen de zaal door. Niet alleen bij de up-tempo nummers weet de band te boeien. Ook tijdens rustigere nummers overtuigt de band van begin tot eind. Badonkadonkey en Foxes Mate For Life worden perfect uitgevoerd. Het pakkende In A Mirror is een waar pareltje muzikaal en tekstueel gezien "You sure look pretty / I wish I had a song for you / So they were wasted in 002" waarin het gevoel van 'verliefd' worden en de spanning die daarmee gepaard gaat prachtig wordt beschreven.

De afwisselende set bereikt haar hoogtepunt tegen het einde als I Need A Life wordt ingezet en het publiek voor het eerst meegaat in de energie van de band. Het aanstekelijke refrein "The sun is shining but we stay inside / Oh but we go out at night" wordt met hartelust meegezongen. De respons van het publiek lijkt de band een extra stimulans te geven en bereikt haar climax als afsluiter en single Hummingbird gespeeld wordt. De hysterische drums in combinatie met een losgeslagen bassist ontknopen in een laatste slot zin "Fly away little humminbird!", om vervolgens onder een daverend applaus het podium te verlaten.

Het applaus en het en de waardering van het publiek wordt kort daarna beloond. Born Ruffians keert nog een laatste keer terug om Knife een cover van New Yorkse band Grizzly Bear te spelen. Door het enthousiasme en de tempowisselingen waarmee het gespeeld wordt zou het nummer moeiteloos in het repertoire van Born Ruffians passen. Het is dan ook een meer dan waardige afsluiter van een uitstekend concert waar de potentie van afdruipt.

Read more